Posts tonen met het label amateurkunst. Alle posts tonen
Posts tonen met het label amateurkunst. Alle posts tonen

vrijdag 21 juni 2013

Zou u zich welkom voelen?

Deze keer een bijdrage van gastblogger, Wies Rosenboom (hoofd Amateurkunst LKCA) over kunstbeoefening in de vrije tijd.

Koot en Bie maakten op onvergetelijke wijze school met hun 'oudere jongere', de oudere die weigert zich oud te voelen. Met mijn 59 jaar omschrijf ik mezelf als een 'jongere oudere'. En eentje die van dans houdt. Van moderne dans. Om naar te kijken, maar vooral ook om zelf te doen.

Ik moet er niet aan denken lid te worden van een ouderenclubje. Maar soms kan het niet anders. Al enkele jaren zoek ik naar een cursus moderne dans die is afgestemd op mijn energieniveau en mijn souplesse, want tussen twintigjarigen wil ik geen moderne danslessen meer volgen. Mijn benen komen niet meer zo hoog.

Een speciale cursus dus, maar in Amsterdam vind ik die niet. Logisch, want docenten zijn opgeleid om les te geven aan kleuters, pubers en jongeren. De SKVR in Rotterdam biedt speciale danslessen aan voor 50-plussers, maar dat is uitzonderlijk. Het algemene beeld is: jong, jonger, jongst.

De didactiek van lesgeven aan ouderen komt op docentenopleidingen, van welke discipline dan ook, nauwelijks aan bod. Studenten blijken ook maar mondjesmaat bereid om stage te lopen met ouderen. En neem de manier waarop de meeste dansscholen zich profileren via hun website. Met foto's van kleuters en achttienjarige meisjes in strakke balletkostuums. Voelt u zich dan, als 50-plusser, nog welkom?

Vreemd, eigenlijk. In 2015 zijn drie miljoen Nederlanders 65 jaar of ouder. Ouderen zijn de markt. Schrijfdocenten spelen met cursussen in het schrijven van levensverhalen wél enorm in op die vergrijzing. Professionals uit andere kunstdisciplines laten hier enorme kansen liggen!

Gelukkig is er verandering op til. Dinsdag was ik bij de ondertekening van het convenant 'Ouderen en cultuur' door de ministeries van OCW en VWS, dat de start vormt van het meerjarenprogramma 'Lang leve kunst'. Het LKCA is mede-initiatiefnemer. Het gaat om de bevordering van de cultuurparticipatie van 65-plussers. Eén doel is de verruiming van het kunstzinnige aanbod voor ouderen. Cursusaanbieders zouden (een deel van) hun lessen kunnen aanpassen aan deze groeiende doelgroep. Muziekscholen en creativiteitscentra kunnen ook 's morgens lessen verzorgen, en niet alleen op tijden dat het scholieren uitkomt. En kunstdocenten kunnen beter worden opgeleid in het lesgeven aan ouderen, want die leren nu eenmaal anders.

En dan kan deze jongere oudere zich misschien, over 6 jaar, eindelijk eens inschrijven voor een cursus moderne dans.

Bent u opgeleid om les te geven aan ouderen? En houdt u in uw kunstzinnige en educatieve aanbod rekening met de wensen en behoeftes 65-plussers? Hoe kunnen we ervoor zorgen dat dit ‘cursusaanbod-op-leeftijd’ groeit? Deel uw ideeën in het netwerk Amateurkunst of in het netwerk Cultuureducatie op LinkedIn.

Wies Rosenboom is hoofd Amateurkunst en lid van de Raad van Bestuur (a.i.) van het LKCA

vrijdag 24 mei 2013

Culturele speelveldjes en andere burgerinitiatieven

Deze keer een bijdrage van gastblogger, Wies Rosenboom (hoofd Amateurkunst LKCA) over kunstbeoefening in de vrije tijd.

Je hoeft geen cynicus te zijn om te zien dat bestuurders er de afgelopen decennia soms een potje van maakten. Kijk naar de Amarantis Onderwijsgroep, die door wanbestuur ten onder ging. Of naar de crisis waarin de financiële sector ons heeft gestort. Is het hierdoor ontstane wantrouwen jegens bestuurders en instanties er misschien de oorzaak van dat steeds vaker gesproken wordt van civil society? Dat burgerinitiatieven 'van onderop' steeds belangrijker worden, en dat beleidsmaatregelen 'van bovenaf' op steeds meer weerstand stuiten?

Het komt in deze tijd goed uit dat burgers zelf initiatieven ontplooien om cultuur op de kaart te zetten. In een maatschappij waar de bevolking steeds hoger opgeleid is en waar mensen elkaar steeds gemakkelijker vinden via de sociale media, ontstaan kansen voor mensen die het zèlf willen regelen, binnen hun wijk, buurt of stad. Ook binnen de amateurkunst en de cultuureducatiesector zijn hier voorbeelden van.

In de Rotterdamse wijk Katendrecht werd door buurtbewoners een sloopschip omgevormd tot speelplek en buitenpodium. In Amsterdam ontstond Vrijburcht, een wooncomplex met een door vrijwilligers gerund theater. Deze burgers namen zelf het initiatief en stelden zich niet afhankelijk op van derden. Maar dat betekent niet dat de overheid een vrijbrief heeft om zich terug te trekken. Faciliteren en ondersteunen blijft naar mijn mening een overheidstaak. Het door OCW bekostigde Fonds voor Cultuurparticipatie geeft het goede voorbeeld met het digitale platform Jij maakt het mee; een interessante poging om nieuwe initiatieven op constructieve wijze te voorzien van advies, en aldus te versterken.

Vorige week woensdag vond in Utrecht de conferentie Kunst Versterkt plaats, georganiseerd door het Fonds voor Cultuurparticipatie en het LKCA. De bijeenkomst stond in het teken van de maatschappelijke waarde van actieve kunstbeoefening en toonde een aantal succesvolle sectoroverschrijdende initiatieven. Speciale gast was minister Bussemaker. Zij bleek vooral gecharmeerd van onverwachte verbindingen die tijdens presentaties in beeld kwamen, zoals die tussen voetbalvereniging MVV en de Nederlandse Dansdagen.

Wies Rosenboom, hoofd Amateurkunst LKCA

Het lijkt erop alsof juist in deze tijd burgers zelf initiatieven ontplooien om cultuur op de kaart te zetten. Kent u particuliere initiatieven van burgers, bedoeld om de buurt, de wijk of de stad een culturele impuls te geven, of kent u mooie voorbeelden van verbindingen tussen sectoren? We lezen er graag meer over op LinkedIn in het netwerk Cultuureducatie of in het netwerk Amateurkunst.

vrijdag 5 april 2013

Kroonappeltjes in de amateurkunst

Dat amateurkunst belangrijk is voor de samenleving wisten we al. Maar door Kroonappels, een initiatief van het Oranje Fonds, wordt het belang ervan nog eens extra benadrukt. Met Kroonappels wil dit fonds ter gelegenheid van de troonswisseling de beste, succesvolste en leukste sociale initiatieven in het Koninkrijk laten zien. De beste projecten worden met een subsidie van 50.000 euro beloond.

Vanuit alle delen van Nederland én Curaçao is massaal gereageerd. Door sportverenigingen, buurthuizen en particulieren. En natuurlijk zijn er ook veel activiteiten aangemeld op het gebied van kunst en cultuur. Bij Studio 52nd in Amsterdam bijvoorbeeld maken kinderen uit kansarme wijken theater- en filmvoorstellingen met professionele makers. Kinderen krijgen een onvergetelijke succeservaring, en buurt en publiek zien zo een andere kant van de zogenaamde 'probleemjongeren'. 'Even geen rotjochie van de straat, maar een jonge ster in de spotlights', lees ik op de site.

De eerste stemronde zit er al op. Jammer dat op de website van Kroonappels niet meer alle ingediende projecten te zien zijn. Want dat gaf een indrukwekkend beeld. Nieuwsgierig zocht ik naar inzendingen uit mijn woonplaats Tilburg en uit Utrecht, waar het LKCA is gehuisvest. Zowel in Tilburg als Utrecht bestond een kwart van de activiteiten uit amateurkunst-initiatieven. De muurschilderingen van kinderen uit de Utrechtse Staatsliedenbuurt haalden de volgende ronde. Niet doorgegaan is CultuurShaker met jongeren uit internationale schakelklassen en vmbo-leerlingen die een knallend feest voor ouderen willen organiseren. Er zijn nu 60 finalisten en op 18 april worden de winnende kroonappels bekendgemaakt.

Is het erg dat veel amateurkunstinitiatieven niet in de prijzen zijn gevallen? Op zich niet, want de meeste projecten gaan gewoon door. Maar toch, zo'n prijs is natuurlijk wel een mooi duwtje in de rug en een erkenning voor wat je met z'n allen tot stand kunt brengen. Bovendien, kunst is bij uitstek een middel om jongeren eigenwaarde te geven en ze te laten meedoen. Ook voor Nederlanders met een andere culturele achtergrond en voor de groeiende groep actieve ouderen is deelname aan kunst en cultuur belangrijk, bijvoorbeeld om ouderen uit hun sociale isolement te halen. Ik hoop dus dat er ook na de uitreiking nog veel meer kroonappeltjes worden geplant en geplukt.

Duidelijk is in ieder geval dat miljoenen Nederlanders, vaak zonder dat ze dat zelf weten, aan amateurkunst doen. Om te laten zien wat hen drijft en welke bruggen zij slaan naar andere domeinen als welzijn, zorg en wonen, organiseren het LKCA en het Fonds voor Cultuurparticipatie op woensdag 15 mei de conferentie Kunst versterkt.

Subsidie of niet, amateurkunstprojecten gaan meestal toch wel door. Want actieve deelname aan kunst en cultuur verbindt. Het is belangrijk voor de persoonlijke ontwikkeling en onmisbaar voor maatschappelijke verbanden. Deelt u deze opvatting, of juist helemaal niet? Praat mee in het Netwerk Amateurkunst of in het Netwerk Cultuureducatie op LinkedIn.

Foto: Ontwerp muurschilderingen Stichting Move

donderdag 28 maart 2013

Kennis is macht

Deze week is het de Goede Week. Van oudsher een periode voor bezinning en daar neem ik nu graag even de tijd voor. Inmiddels zijn we drie maanden onderweg met het LKCA. Achter de schermen werken we hard aan het landelijke programma Cultuureducatie met Kwaliteit, aan onderzoek en monitoring, aan kennisbijeenkomsten voor onderwijs, culturele instellingen en amateurkunst, aan een nieuwe website, een digitaal kenniscentrum en ga zo maar door. En dat doen we samen met FCP, andere kenniscentra en vele andere instellingen. Activiteiten die je straks allemaal in het Werkplan 2013 terug kunt zien.

Zichtbare producten op dit moment zijn onze nieuwsbrieven en sites als Cultuurplein en Cultuurcoördinator voor het digitaal delen van kennis, en bijeenkomsten waar professionals elkaar fysiek kunnen ontmoeten om kennis te delen, bijvoorbeeld op het gebied van dans- en theatereducatie, ouderen en kunst en erfgoededucatie. Ook leverden we onlangs de plananalyse op van de aanvragen voor de FCP-matchingsregeling Cultuureducatie met Kwaliteit. Kennis, het is de basis voor het realiseren van onze missie.

Over wat voor kennis hebben we het dan en wat doen we met die kennis? Moet de kennis die we als LKCA verzamelen, verrijken en verspreiden vooral betrouwbaar, waardenvrij, wetenschappelijk verantwoord, actueel en praktisch toepasbaar zijn? Waar houdt onze gidsfunctie op en begint belangenbehartiging? Hoe kunnen we onze inspanningen het best inzetten om een gezaghebbend instituut voor cultuureducatie en amateurkunst te realiseren? Welke rollen en taken kan en moet ons kennisinstituut dan op zich nemen? We discussieerden hier onlangs samen over vanuit het uitgangspunt: doen we de juiste dingen en doen we die dingen goed?

Volgende week zetten we weer een stap. Dan lanceren we AliceMoves, een cultuurcommunity voor cultuuraanbieders en onderwijs. Bij de presentatie op 20 maart tijdens Cultuureducatie in Amsterdam, de jaarlijkse conferentie van Mocca, waren veel enthousiaste reacties. Vooral omdat het nu voor scholen mogelijk is om interessenetwerken te vormen en actief kennis te kunnen delen. Opeens vraag ik me nu af of we het oude adagium 'kennis is macht' niet veel beter kunnen vervangen door 'kennis delen is kracht' ...

Welke rollen en taken kan en moet ons kennisinstituut op zich nemen? Welke kennis zoekt u over cultuureducatie of amateurkunst? En ook, welke kennis over cultuureducatie of amateurkunst wilt u graag delen en met wie? Deel uw mening in het Netwerk Cultuureducatie of in het Netwerk Amateurkunst op LinkedIn.

vrijdag 15 maart 2013

Zandkastelen vastgelegd in Het Cultuurnetwerk

'De infrastructuur voor cultuureducatie lijkt op een strand vol zandkastelen, die we vol enthousiasme en met de beste bedoelingen bouwden. Met elke eb-en-vloed beweging dreigt het water ze echter weg te vagen. Niet dat het elke dag raak is, maar beweging is er mijns inziens wat teveel in de infrastructuur.' Deze woorden schreef ik nog maar een maand of drie geleden in de inleiding van de afscheidspublicatie van Cultuurnetwerk Nederland.

Iets later dan gepland verscheen begin dit jaar die publicatie, Het Cultuurnetwerk. Over de infrastructuur cultuureducatie per 1 januari 2013. We speelden al een tijdje met het idee om de infrastructuur voor cultuureducatie volledig in beeld te brengen. En een toepasselijk moment is dan natuurlijk de verandering van je eigen positie in die infrastructuur door de fusie tot het Landelijk Kennisinstituut Cultuureducatie en Amateurkunst (LKCA). Juist nu er zoveel wijzigt is het van belang zicht te hebben op hoe de totale infrastructuur eruit ziet, want daarbinnen hangt alles met elkaar samen. In 2011 schreef de Raad voor Cultuur in zijn Sectoranalyse Amateurkunst en Cultuureducatie terecht al dat deze infrastructuur aan een buitenstaander nauwelijks meer is uit te leggen.

Die uitdaging zijn we het afgelopen jaar aangegaan. We wilden een zo overzichtelijk mogelijk beeld schetsen van de gehele infrastructuur en van alle actoren die daarin een rol spelen. We hebben een indeling gemaakt in sectoren: cultuur, beleid, onderzoek, onderwijs, fondsen. Met daarbinnen een indeling in actoren die landelijk, regionaal of lokaal opereren. Vervolgens hebben we geprobeerd te vertellen wie de actoren zijn, welke rol zij spelen en zo mogelijk hoeveel ervan zijn in Nederland.

'Geprobeerd' zeg ik bewust bescheiden omdat we al snel merkten dat dit een gigantische klus was en dat het soms ook wel voor discussie vatbaar was wie en wat we waar precies moesten indelen en wie en wat er nou wel en niet bijhoorde. Regelmatig rees de vraag of je zo'n infrastructuur wel echt in kaart kunt brengen… Toch hebben we doorgezet en gestreefd naar volledigheid en ik ben dan ook erg blij dat dat harde werken nu beloond wordt met vele enthousiaste reacties van jullie.

Ik ben zelf trots op wat er ligt, en niet alleen omdat we hiermee het werk van Cultuurnetwerk Nederland afsloten. Ik zie dit document ook als een mooi startdocument waarmee we als LKCA verder kunnen.

De infrastructuur blijft veranderen en dus brengen we die in het vervolg ook online in kaart zodat we die veranderingen meteen kunnen volgen. Natuurlijk gaan we dat ook doen voor de infrastructuur amateurkunst. Voor dit moment zijn de zandkastelen die er staan even vastgelegd in een tijdsdocument. Als het aan mij ligt gaan we deze kastelen de komende jaren versterken en bouwen we het geheel weer uit in plaats van af.

En, hoe ziet uw lokale infrastructuur eruit? En welke veranderingen – ten goede of ten kwade – ziet u om u heen? Deel het in het Netwerk Cultuureducatie of in het Netwerk Amateurkunst op LinkedIn.

vrijdag 8 maart 2013

It takes a village…

Voor een keertje een gastblogger, Wies Rosenboom (hoofd Amateurkunst LKCA) over kunstbeoefening in de vrije tijd.

De van oorsprong Afrikaanse uitdrukking It takes a village to raise a child is door toedoen van first lady Hillary Clinton bekend geworden. Een kind wordt niet alleen opgevoed in het gezin, maar ook door mensen eromheen zoals onderwijzers, vrienden, buren, de tennis- of vioolleraar, voetbaltrainers of de dansdocent. Eén inspirerende persoonlijkheid kan het verschil maken, fascinaties tot ontwikkeling brengen en zelfs uiteindelijk de beroepskeuze bepalen.

Culturele opvoeding is een collectieve verantwoordelijkheid van de samenleving. Wie was de kunstenaar in uw 'dorp'? Was het die ene pianodocent, waar je tegen heug en meug naar toe werd gestuurd, maar die onvermoede talenten bij jou ontdekte? Een kennis van je moeder die succesvol was als professioneel kunstenaar? De onderwijzer op de basisschool die zoveel met zingen deed? De broer van de vader van een voetbalvriendje die in zijn vrije tijd toneel speelde?

Zelf was ik vijf jaar toen mijn moeder een advertentie zag in het plaatselijke krantje: de net-afgestudeerde dansdocente Anique van der Laan, bevriend met een nichtje dat aan de balletacademie studeerde, zou een balletschooltje openen in de kantine van de schaatsbaan, niet zo ver van waar wij woonden. Ik had (en heb) een holle rug, was een beweeglijk kind en het leek mijn moeder goed als ik op balletles zou gaan. Het bleek een schot in de roos. Van der Laan had een ongelofelijke passie voor dans. We kregen veel technieklessen, één keer in de maand mochten we improviseren en jaarlijks traden we op in de schouwburg. Met optreden en improviseren ben ik altijd doorgegaan. Vijfentwintig jaar later rondde ik mijn docent dans-improvisatieopleiding af.

Natuurlijk zijn formele structuren van belang voor de stimulering en ontwikkeling van de actieve kunstbeoefening: subsidies, overlegstructuren, leerplannen en kwaliteitsnormen. Maar uiteindelijk hangt heel veel af van die ene inspirerende persoonlijkheid waar je als kind of als puber min of meer toevallig mee in contact kwam; op precies het goede moment.

In verschillende steden heeft Jocelyn Bergland, de motor achter de
5 o'clockclass hele generaties kinderen en jongeren aangestoken met zijn hartstocht voor dans. In Rotterdam deden de regisseurs van het Rotterdams Wijktheater hetzelfde voor toneel. En ook componist Merlijn Twaalfhoven doet dat met zijn grote muziekprojecten. Wat mij betreft is het vermogen tot inspireren een aannamecriterium voor de docentenopleidingen in de kunstvakken.

Wies Rosenboom, hoofd Amateurkunst LKCA

Wie zette u op het artistieke spoor? Wat was cruciaal voor úw culturele vorming? Vertel het als voorbeeld voor anderen in het Netwerk Amateurkunst of in het Netwerk Cultuureducatie op LinkedIn.

vrijdag 22 februari 2013

Kwaliteit is... meer dan een invuloefening

Er zijn twee woorden die mijn werkzaamheden sinds het begin van dit jaar hebben bepaald. Weet u welke ik bedoel? Ik laat u niet in spanning. Het gaat om 'afstemmen' en 'kwaliteit'. En dat verbaast u waarschijnlijk niet.

Twee organisaties samenbrengen die in verschillende kennisgebieden werkten, vergt grondige afstemming. Concreet houdt dit in dat mijn managementteam, mijn medewerkers en ikzelf stevig overleg voeren om te zorgen dat onze projecten elkaar niet overlappen, maar juist versterken. En verder: Welke nieuwe kennis gaan we ontwikkelen, en met wie? Hoe maken we de beschikbare kennis over de culturele levensloop of de culturele infrastructuur zo goed mogelijk toegankelijk? En - heel praktisch – hoe voorkomen we dat niet alle grote conferenties in dezelfde maand georganiseerd worden? Kortom, aan het eind van dit afstemmingsproces moet er een samenhangend geheel van op kennis gerichte activiteiten liggen. Alles in goed overleg met belangrijke partners in het werkveld.

En dan kwaliteit. Een woord dat vermoedelijk iedereen van ons zo nu en dan bezighoudt. Want wie streeft geen kwaliteit na in zijn leven? Met dit begrip, in samenhang met de culturele levensloop, als deel van de LKCA-missie, wil ik zorgvuldig omgaan. Want waar gaat het precies om? Om kwaliteit als meetbaar begrip? Om kwaliteit die gebaseerd is op wat de klant van een product of dienst vindt? Om kwaliteit als concept zonder vaststaande inhoud? Iedereen wil beter, iedereen roept dat de kwaliteit omhoog moet, maar wat wil men dan precies?

Het is niet aan het LKCA voor te schrijven wat dé manier is om cultuureducatie of amateurkunst met kwaliteit te realiseren. Daar zijn immers verschillende opvattingen over. Wel zorgen we voor collectieve kennisuitwisseling over wat kwaliteitsvol gevonden wordt, via social media, in publicaties en met bijeenkomsten. Wat u verder van ons mag verwachten zijn gedegen informatie en analyses die bijdragen aan het kennisdebat. Bij dit alles is het belangrijk te bedenken dat kwaliteit om te beginnen af te meten is aan de plaats van cultuureducatie in het curriculum, de professionaliteit van docenten en de leeropbrengsten van leerlingen. En vervolgens aan de deskundigheid en betrokkenheid van schoolleiders, culturele instellingen, besturen, artistiek kader, community arts makers en beleidsbepalers.

Geïnspireerd nog door Valentijnsdag en de vraag 'Liefde is…' vraag ik u nu een keer om een stelling op LinkedIn, te beginnen met: 'Kwaliteit is…'

vrijdag 11 januari 2013

LKCA in de lucht!


Het was even spannend, en vooral heel hard doorwerken in december. En het is gelukt. Met ingang van het nieuwe jaar is het Landelijk Kennisinstituut Cultuureducatie en Amateurkunst, het LKCA, letterlijk en figuurlijk in de lucht! En zoals de Maya's eeuwen geleden al voorspelden, het einde van 2012 is niet het einde van de wereld, maar de start van een nieuw tijdperk met nieuwe kansen en uitdagingen.
Bijna alle medewerkers van het LKCA hadden vakantie en zijn maandag begonnen. We openden het jaar en ons nieuwe instituut met een feestelijk champagneontbijt. Dit vooral omdat lang niet iedereen elkaar al kent. Tijdens het ontbijt zag ik velen nader kennismaken en enthousiast ideeën uitwisselen. Onze huisstijl werd gepresenteerd en iedereen kreeg nieuwe visitekaartjes. En na afloop moesten sommigen al direct door naar hun eerste LKCA-vergadering. Binnen een paar uur waren we hard aan het werk alsof we niet anders gewend waren.

Tijdens het ontbijt heb ik het mijn medewerkers al gezegd en ik herhaal het hier graag: je kunt pas echt beginnen als alles werkt. En dat deed het maandag. Zo'n snelle overgang naar een nieuw instituut was niet mogelijk geweest zonder de enorme inzet van een klein aantal mensen die altijd achter de schermen actief zijn. U kent ze waarschijnlijk niet. Als u bijeenkomsten van Kunstfactor of Cultuurnetwerk bezocht, kwam u daar vooral onze inhoudelijke projectleiders, projectmedewerkers en adviseurs tegen. Maar juist de medewerkers die de bureaus plaatsten, kasten verhuisden, computers aansloten, snoeren aanlegden, zorgden dat de e-mail werkte, dat de website al in de lucht is, dat we al visitekaartjes hebben en dat de grootste verhuisrommel opgeruimd was, juist hen heb ik bedankt voor hun inzet. Zij zorgden ervoor dat wij allemaal direct aan de slag konden.

En daar ben ik blij om. We hebben immers een druk jaar voor de boeg. Wat we vorig jaar juli in het Activiteitenplan omschreven, is door ons de afgelopen maanden omgezet naar een intern werkplan met beschrijvingen van alle projecten die we gaan aanpakken. Prioriteiten zijn onder meer de infrastructuur voor cultuureducatie en amateurkunst, kwaliteit en samenhang in de amateurkunst en cultuureducatie in het hart van het onderwijs. Voor mijzelf betekent dit dat ik me nu en ook straks bezighoud met Cultuureducatie met Kwaliteit. Ik zeg expres straks, want het eerste half jaar ben ik werkzaam als interim directeur, ervan uitgaand dat de Raad van Toezicht op 1 juli een nieuwe directeur kan aanstellen. Ik ga dan ook door met mijn blogs zoals ik dat bij Cultuurnetwerk Nederland deed. Maar, wel met een breder onderwerp: cultuureducatie EN amateurkunst!