vrijdag 28 juni 2013

Het gaat niet om legitimatie, maar om kwaliteit van kunsteducatie!

Gemeenten bezuinigen fors op instellingen voor kunstbeoefening in de vrije tijd. Basisvoorzieningen voor cultuureducatie bleven bij die bezuinigingswoede tot nu toe grotendeels buiten schot. Dit blijkt uit het onlangs uitgebrachte onderzoeksrapport Veranderende Tijden, 10 jaar gemeentelijk beleid binnenschoolse cultuureducatie. De publicatie betreft een LKCA-vervolg op een eerder onderzoek (2003) dat Cultuurnetwerk Nederland uitvoerde samen met de VNG, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten. De politieke en maatschappelijke ontwikkelingen in de afgelopen tien jaar maakten een actualisatie wenselijk. Daarom hebben we opnieuw gesproken met de zes gemeenten die in 2002 zijn onderzocht: Groningen, Zoetermeer, Kampen, Vlissingen, Gilze en Rijen en Horst aan de Maas.

Inhoud, positionering en financiering van kunstmenu en loketfunctie voor cultuureducatie blijven onderwerp van discussie. Hoewel scholen vaak zelf heel tevreden zijn over zo'n kant-en-klaar pakket, heeft het als nadeel dat ze daardoor soms weinig nadenken over hun kunstlessen. Dat leidt vaak tot losse activiteiten. Gemeenten en scholen worstelen met de vraag hoe ze meer kwaliteit en samenhang in kunst- en cultuuronderwijs kunnen realiseren. Dit thema - cultuureducatie en onderwijskwaliteit - blijft een eeuwige discussie als we nu niet de schouders zetten onder het landelijk programma Cultuureducatie met Kwaliteit. Ook de minister maakt zich sterk voor dit onderwerp en benadrukt dat goed cultuuronderwijs van cruciaal belang is en geen franje mag zijn.

In legitimeringsdiscussies wordt nogal eens geschermd met de directe effecten van kunstonderwijs op de prestaties in andere schoolvakken (rekenen en taal) of op allerlei andere vaardigheden. Art for art’s sake? The impact of arts education, het onlangs verschenen rapport van de OESO, zegt dat er te weinig wetenschappelijk bewijs is om hier al te stellige uitspraken over te doen. De OESO keek naar de uitkomsten van meer dan tweehonderd onderzoeken over een periode van meer dan zestig jaar (1950-2013).

Op grond daarvan concluderen de auteurs - Ellen Winner, Thalia Goldstein en Stéphan Vincent-Lancrin – dat de rechtvaardiging van kunstonderwijs ligt in de unieke, intrinsieke waarde van de kunst zélf. En van de daarmee verbonden vaardigheden, zoals waarnemingsvermogen, verbeeldingskracht, uitdrukkingsvermogen, een onderzoekende houding, vasthoudendheid, reflectievermogen en communicatie. Kunsteducatie kan de basis leggen voor vakopleidingen en opleidingen voor creatieve functies in de samenleving. Niet alleen artistieke beroepen, maar ook wetenschap en bedrijfsleven vragen om vaardigheden die in de kunsten en in kunsteducatie ontwikkeld worden.

Als gast van het LKCA ging Stéphan vandaag in gesprek over het OESO-rapport met wetenschappers, beleidsmakers en onderwijs- en cultuureducatieprofessionals. In het netwerk Cultuureducatie op LinkedIn is ook al een levendige discussie gaande naar aanleiding van het rapport.

Noteer vast in uw agenda: 25 november 2013 Onderzoeksconferentie Cultuureducatie en Cultuurparticipatie op de Fontys Hogeschool voor de Kunsten te Tilburg.

vrijdag 21 juni 2013

Zou u zich welkom voelen?

Deze keer een bijdrage van gastblogger, Wies Rosenboom (hoofd Amateurkunst LKCA) over kunstbeoefening in de vrije tijd.

Koot en Bie maakten op onvergetelijke wijze school met hun 'oudere jongere', de oudere die weigert zich oud te voelen. Met mijn 59 jaar omschrijf ik mezelf als een 'jongere oudere'. En eentje die van dans houdt. Van moderne dans. Om naar te kijken, maar vooral ook om zelf te doen.

Ik moet er niet aan denken lid te worden van een ouderenclubje. Maar soms kan het niet anders. Al enkele jaren zoek ik naar een cursus moderne dans die is afgestemd op mijn energieniveau en mijn souplesse, want tussen twintigjarigen wil ik geen moderne danslessen meer volgen. Mijn benen komen niet meer zo hoog.

Een speciale cursus dus, maar in Amsterdam vind ik die niet. Logisch, want docenten zijn opgeleid om les te geven aan kleuters, pubers en jongeren. De SKVR in Rotterdam biedt speciale danslessen aan voor 50-plussers, maar dat is uitzonderlijk. Het algemene beeld is: jong, jonger, jongst.

De didactiek van lesgeven aan ouderen komt op docentenopleidingen, van welke discipline dan ook, nauwelijks aan bod. Studenten blijken ook maar mondjesmaat bereid om stage te lopen met ouderen. En neem de manier waarop de meeste dansscholen zich profileren via hun website. Met foto's van kleuters en achttienjarige meisjes in strakke balletkostuums. Voelt u zich dan, als 50-plusser, nog welkom?

Vreemd, eigenlijk. In 2015 zijn drie miljoen Nederlanders 65 jaar of ouder. Ouderen zijn de markt. Schrijfdocenten spelen met cursussen in het schrijven van levensverhalen wél enorm in op die vergrijzing. Professionals uit andere kunstdisciplines laten hier enorme kansen liggen!

Gelukkig is er verandering op til. Dinsdag was ik bij de ondertekening van het convenant 'Ouderen en cultuur' door de ministeries van OCW en VWS, dat de start vormt van het meerjarenprogramma 'Lang leve kunst'. Het LKCA is mede-initiatiefnemer. Het gaat om de bevordering van de cultuurparticipatie van 65-plussers. Eén doel is de verruiming van het kunstzinnige aanbod voor ouderen. Cursusaanbieders zouden (een deel van) hun lessen kunnen aanpassen aan deze groeiende doelgroep. Muziekscholen en creativiteitscentra kunnen ook 's morgens lessen verzorgen, en niet alleen op tijden dat het scholieren uitkomt. En kunstdocenten kunnen beter worden opgeleid in het lesgeven aan ouderen, want die leren nu eenmaal anders.

En dan kan deze jongere oudere zich misschien, over 6 jaar, eindelijk eens inschrijven voor een cursus moderne dans.

Bent u opgeleid om les te geven aan ouderen? En houdt u in uw kunstzinnige en educatieve aanbod rekening met de wensen en behoeftes 65-plussers? Hoe kunnen we ervoor zorgen dat dit ‘cursusaanbod-op-leeftijd’ groeit? Deel uw ideeën in het netwerk Amateurkunst of in het netwerk Cultuureducatie op LinkedIn.

Wies Rosenboom is hoofd Amateurkunst en lid van de Raad van Bestuur (a.i.) van het LKCA

woensdag 12 juni 2013

CKV en Cultuurkaart blijven: bedankt Jet Bussemaker!

Vorige week kondigde ik de visiebrief van Jet Bussemaker aan. Ik voorspelde al dat ze het vast en zeker ook over creativiteit zou hebben. En zie, het hoge woord is eruit. Ze schrijft dat voor de aanpak van maatschappelijke vraagstukken het belang groeit van creativiteit en innovatie. En: cultuur en cultuuronderwijs leveren daaraan een belangrijke bijdrage… Punt, einde van de discussie.

Zodra ik de brief binnenkreeg zocht ik eerst Bussemakers reactie over ckv en cultuurkaart. Het vorige kabinet wilde met het wetsvoorstel 'profielen havo en vwo' immers het vak ckv afschaffen en tegelijkertijd ook de cultuurkaart de prullenbak in gooien. Het leverde een internetconsultatie op met een enorme hoeveelheid positieve reacties voor het behoud van ckv en een petitie van de schoolvakverenigingen. Wat voor effect heeft dit gehad op de minister, en kan de Kamer het oorspronkelijke wetsvoorstel nog wel steunen?

Bussemaker vindt het van belang dat kinderen en jongeren zich ook op cultureel vlak blijven ontwikkelen. Het basisschoolprogramma Cultuureducatie met Kwaliteit breidt ze dan ook uit naar het voortgezet onderwijs. En, zegt ze dan, 'het vak ckv kan hierbij een rol spelen'. Ha, denk ik dan, dat vak blijft dus! Dat hebben we met zijn allen mooi voor elkaar gekregen. Hoe het er precies uit gaat zien, lezen we half juli in haar brief en die van staatssecretaris Dekker. In de Volkskrant van dinsdag is ze er al wat openlijker over. In een interview met Karolien Knols zegt de minister dat de cultuurkaart onderdeel moet worden van het culturele curriculum van de middelbare school. Vervolgens koppelt ze cultuurkaart en curriculum direct aan het vak ckv, dat dan wel gemoderniseerd moet worden!

Zou de minister voor de modernisering van het schoolvak ckv dan toch gebruikmaken van het advies van de verkenningscommissie Kunstvakken? Die stelde vorig jaar maart al voor meer inhoud te geven aan het vak ckv door de theoretische component te verzwaren en daarnaast nadrukkelijk aandacht te schenken aan interdisciplinariteit. Dit alles om deelname van leerlingen aan culturele activiteiten zinvoller te maken. Daar komt de cultuurkaart volgens mij heel goed bij van pas. Zo verbind je het schoolvak ckv en de cultuurkaart met het curriculum van de school.

Dus geen hapsnapuitjes of losse kunstbezoeken, maar leerlijnen en gedegen cultuuronderwijs zoals op het Brabantse Elzendaalcollege, waar het logo boven deze blog van is. En alle ruimte voor de ontwikkeling van het creatieve vermogen. Want daar zijn we toch allemaal op uit?

Op welke manier zou de minister het vak moeten moderniseren? Wat kan eraf en wat moet erbij? De dialoog over CKV is weer gestart in het Netwerk Cultuureducatie op LinkedIn. Praat u mee?

vrijdag 7 juni 2013

Creativiteit: van mythe tot leerdoel


Creativiteit lijkt opnieuw het toverwoord in de wereld van de kunstvakken. Voormalig staatssecretaris Zijlstra schreef over het belang van cultuureducatie voor persoonlijke ontwikkeling en voor de creativiteit van onze samenleving als geheel, en Bussemaker zal er volgende week in haar visiebrief vast en zeker ook iets over zeggen. We moeten ervoor oppassen dat het begrip creativiteit de Haarlemmerolie wordt die al het onderwijs in de kunstvakken legitimeert. Gezegd wordt dan: kunstvakken maken creatief, en onze kenniseconomie heeft dringend behoefte aan creatieve mensen! Punt, einde van de discussie.

Maar zo eenvoudig ligt het niet. In Explaining creativity legt Keith Sawyer aan de hand van wetenschappelijk onderzoek uit wat creativiteit is en welke mythes er over creativiteit bestaan. Zoals de mythe dat iedereen creatief is. Dat is niet zo. Of de mythe dat kinderen creatiever zijn dan volwassenen maar op school hun van nature aangeboren creativiteit verliezen. Dat is ook niet zo. Sawyer toont overtuigend aan dat creativiteit niet zomaar opborrelt uit het onderbewustzijn van de mens. Dat het geen spontane uiting is van ineens verworven inzichten, maar dat dit vermogen door hard werken kan worden verworven. Creativiteit is te ontwikkelen en ook aan te leren. Maar dit gebeurt niet automatisch, en zeker niet door kinderen op school in een tussenpauze een tekening te laten maken of samen met hen een liedje te zingen.

Romantische noties over creativiteit dragen niet bij aan de kwaliteit van cultuureducatie. Een heldere blik op wat creativiteit is en hoe we die bij kinderen kunnen ontwikkelen wél. En hoe doen we dat dan? Zorg dat leerlingen inzicht krijgen in creatieve processen. In het geval van kunsteducatie in de processen die kenmerkend zijn voor het werk van beeldend kunstenaars, muzikanten, dansers enzovoorts. Zorg dat leerlingen vaardigheden ontwikkelen die essentieel zijn voor creatieve ontwikkeling. Leer hen breed en divergent denken over mogelijkheden en alternatieven. Leer hen ook intensief convergent te denken over allerlei uiteenlopende ideeën en deze bij elkaar te brengen. Stimuleer hen om een onderzoekende houding aan te nemen en leer hen vooral vragen te stellen. In ieder leerproces, maar zeker ook tijdens hun eigen maakprocessen, en bij het beschouwen van en reflecteren op kunst.

Kijk ook eens naar twee relevante artikelen op Cultuurplein over het beoordelen van creativiteit op school en over het leren via het observeren van creatieve processen.

Er is een heldere blik nodig op wat creativiteit is en hoe we dat bij kinderen kunnen ontwikkelen. Hoe doen we dat? En maakt kunstonderwijs altijd creatief? Vertel het ons in het Netwerk Cultuureducatie of in de groep Cultuurplein.nl op LinkedIn.